Maandag 20 en dinsdag 21 juli |
|
Onze eerste stop is een camping in Frankrijk bij het plaatje Tournus. Dat ligt aan de rivier de Saone |
|
Woensdag 22 juli |
|
Wandelen door Tournus. |
|
Donderdag 23 juli |
|
Met de veerboot vertrekken we naar Bastia. een stadje op Corsica |
|
Met de auto rijden we de boot in en zo ziet dat er uit. Alle auto's worden naast elkaar gepropt. Daarna gaan alle mensen met de trap naar boven |
|
Op de boot is een speeltuin voor kinderen, restaurants winkels , hutten om te slapen en nog veel meer. |
|
Vrijdag 23 juli | |
De boot vaart 's nachts. We komen 's ochtends aan op Corsica Hè hè, lekker geslapen in onze hut op de boot. |
Onze eerste camping aan het strand bij Campoloro Hier houd ik het wel een weekje vol |
*Voor alle grote mensen* Corsica (Frans: Corse) is een eiland in de Middellandse Zee. Het was tot 13 mei 1991 een van de regio's van Frankrijk maar is tegenwoordig de Collectivité territoriale de Corse en heeft een speciale status binnen de Franse Republiek, waardoor het meer macht heeft dan de regio's op het vasteland. Het bestaat uit twee departementen:Haute-Corse (prefectuur: Bastia) en Corse-du-Sud (prefectuur: Ajaccio). Corsica ligt tussen het Italiaanse eilandSardinië en Ligurië op het vasteland van Italië. Het ligt 180 km ten zuiden van het Franse vasteland met Nice, 80 km ten westen van Italië en maar 12 km van Sardinië. Het eiland is 8680 km² groot en is daarmee het grootste eiland van Frankrijk en na Sicilië, Sardinië en Cyprus het grootste in de Middellandse Zee. Corsica heeft ongeveer 300.000 inwoners, waarvan er 100.000 in de twee grootste steden wonen: in Ajaccio en in Bastia. De hoofdstad van Corsica is Ajaccio. |
|
25 juli. Een drankje drinken aan het strand. |
26 juli Kleur ik al een beetje? |
Maandag 27 juli | |
We maken een tocht door de bergen. Ik word een beetje misselijk van al die bochten. In Corsica zijn een heleboel rivieren waar je heerlijk in kunt badderen. |
|
Dit is de stad Corte. De huizen zijn er al heel oud | |
Even op een terrasje wat drinken. |
*Voor alle grote mensen* Corte was daarna lange tijd een onbelangrijke plaats in het verre binnenland. Dit veranderde toen het eiland zich halverwege de 18e eeuw onafhankelijk van Genua verklaarde. Corte werd vanwege de rol die het gespeeld had in de onafhankelijkheidsstrijd uitgeroepen tot hoofdstad. Het plaatsje kreeg zelfs een universiteit en een parlement. Corsica’s onafhankelijkheid zou echter van korte duur zijn. Genua verkocht haar claim op het eiland namelijk aan Frankrijk, waarna Franse troepen Corsica in 1769 definitief innamen. Het parlement werd gesloten, maar de universiteit werd in 1981 weer geopend waardoor Corte tegenwoordig geldt als de kleinste universiteitsstad van Frankrijk. |
Dinsdag 28 juli | |
Weer een heerlijk dagje aan zee |
|
Oei, daar komt een hele donkere lucht aan. |
|
Woensdag 29 juli |
|
Heerlijk relaxen samen met juf Yvonne |
|
Kijk, dat lust ik wel. Een visje eten aan het strand. |
|
Donderdag 30 juli |
|
Nog 1 dagje aan dit leuke strand. Morgen vertekken we naar een andere camping |
|
Vrijdag 31 juli. Deze camping ligt wat verder van de zee af en dichtbij het stadje Sartène Gelukkig kan ik mijn hangmatje weer ophangen tussen de bomen |
|
Zaterdag 1 augustus |
|
Dit is het strand van Tizzano. Het is er lekker rustig en het water is heel helder. |
Tja, juf Yvonne gaat niet meer in zee, want wat is dit? Een kwal. In het Frans heet dat een meduse. |
Zondag 2 augustus |
|
We gaan vandaag naar een strand met zilverwit zand. Het heet Roccapina | |
Dit is de leeuw van Roccapina. Je ziet, dat de rots op de kop van een leeuw lijkt. |
|
We rijden naar het stadje Sartène |
Even een hapje eten. |
*Voor alle grote mensen* De middeleeuwse stad ligt hooggelegen op een rotsen kijkt over de vallei van de Rizzanèse. De wachttoren (hoektoren), daterend uit de 16e eeuw, vormt het laatste overblijfsel van de muur die er ooit stond. De huizen in de oude stad zijn van grijs graniet . De gewelfde doorgangen zijn pittoresk en de steegjes zijn geplaveid met granieten straatstenen. Het is de meest corsicaanse stad van Corsica |
Op Corsica is de belangrijkste taal natuurlijk het Frans alhoewel met een duidelijk accent. De echte, vaak wat oudere, Corsicanen praten onderling Corsicaans, dat een mengeling is van Frans en met name van Italiaans en Latijn. Door de langdurige Italiaanse overheersing (Genua en Pisa) sprak men in die tijd op Corsica pré-Latijn en daarna nieuw-Latijn. Dat vormde de basis van het huidige Corsicaans. Hoewel het aantal mensen dat Corsicaans spreekt minder wordt, schat men dat nog steeds ca. 65% van de bevolking de taal nog machtig is. Sinds 1974 heeft het de status van regionale taal en wordt zelfs onderwezen aan de universiteit van Corte. |
Dinsdag 4 augustus |
|
Dit is de baai van Portigliolo. Zie je juf Yvonne zwemmen? |
|
Poeh, poeh, even uitrusten in mijn hangmat. |
|
Woensdag 5 augustus |
|
We gaan naar Cauria Daar staan hele oude stenen op een rijtje. Ze zijn al heeeeeel oud en heten menhirs. Ze zijn er heel vroeger door mensen neergezet. |
|
De menhirs van Stantari dragen sporen van gezichten en wapens. |
|
*Voor alle grote mensen* Alleen al in de regio Sartène zijn in bijna twee eeuwen archeologisch onderzoek meer dan 500 prehistorische vindplaatsen gevonden Ten zuiden van Sartène, een tocht over het dorre plateau van Cauria kun je de belangrijkste vindplaatsen bekijken. Er staan vele menhirs. Menhir is de naam die (voornamelijk in het Franse taalgebied) wordt gegeven aan een grote steen. Zo'n steen is niet altijd enorm groot; vele zijn slechts een meter hoog. De menhirs zijn door prehistorische volken gebruikt voor het maken van formaties van megalieten. Deze formaties kunnen lijnen zijn of kringen. |
|
Donderdag 6 augustus |
|
Vlakbij het stadje Propriano ligt dit strand. Wij dachten, dat het er heel druk zou zijn, maar er is geen beer te vinden. |
Op de uitkijk |
Even een praatje. |
Aan de haven van het stadje Propriano |
*Voor alle grote mensen* Weggedoken in de Golf van Valinco aan de zuidoostkust, is Propriano een prima bestemming voor hen die willen genieten van al het moois dat Corsica te bieden heeft. Het dorp heeft een prachtig strand, een jachthaven en ligt ook niet ver vanaf de ruige bergen in het binnenland Propriano was reeds bewoond vanaf de tijd van de Grieken en de Romeinen. Aan deze bewoning kwam een eind nadat het dorp in 1563 in opstand kwam tegen Genua, de Italiaanse stad die toen over Corsica heerste. Niet langer beschermd, viel Propriano ten prooi aan de piraten. Pas na de aanleg van een weg vanaf Ajaccio drie eeuwen later keerden inwoners terug. Het dorp groeide in de twintigste eeuw uit tot een gezellig toeristisch oord. |
|
Vrijdag 7 augustus |
|
Weer tijd voor een andere camping. We rijden naar het Noorden van Corsica en staan op een camping aan de zee bij Algajola, een piepklein dorpje, Voor onze camping rijdt een treintje tussen twee stadjes, Calvi en Ile Rousse |
|
Elke avond zien we de ondergaande zon. |
|
Zondag 9 augustus |
|
Kijk, hier slaap ik |
|
Maandag 10 augustus |
|
We gaan een ochtend naar het stadje Calvi |
*Voor alle grote mensen* De stad Calvi is de hoofdstad van de Balagne die ook wel de tuin van Corsica wordt genoemd. Op een strook van 25 kilometer groeien op een vruchtbare lap grond kwalitatief goede olijven en wordt op grote schaal fruit geteelt. Zoals meerdere plaatsen op Corsica is ook Calvi verdeeld in een beneden- en bovenstad. De bovenstad met zijn citadel bevindt zich in de noordoosthoek van de stad. Op de achtergrond is de Monte Cinto (ruim 2700 meter) zichtbaar die delen van het jaar met sneeuw is bedekt. Een plaquette op een ruïne-bouwval vertelt dat Calvi de geboorteplaats is vanColumbus. In het centrum van de citadel loopt een trap naar de voormalige kathedraal van Calvi gewijd aan Johannes de Doper. |
Oh, oh, daar regent het heel erg hard. |
|
Juist, die bui is dus op onze camping gevallen Alles staat onder water. |
|
Dinsdag 11 augustus |
|
Als ik wakker word en ik kijk naar boven, zie ik dit. |
Ik heb iets gevonden. Juf Yvonne zegt, dat het de huid van een slang is. Spannend hoor. Na de vakantie neem ik het mee naar school. |
En weer een prachtige ondergaande zon. |
|
Donderdag 13 augustus |
|
We rijden met de auto naar Saint Antonino, een dorp heel hoog in de bergen | |
Jammie, dit lekker. |
Je kan hier een tocht maken met een ezel door de bergen Ik vind het een beetje zielig voor de ezels |
Zondag 16 augustus |
|
We rijden naar ST Florent, een leuk stadje aan de zee. | |
Kijk, een lekker visje. Het is een dorade. In het Nederlands heet dat een goudbrasem |
|
Dinsdag 18 augustus |
|
Vrijdag 19 augustus | |
Vannacht heb ik in een hotel geslapen Wakker worden met uitzicht op de bergen |
550 kilometer verder staan we op een camping aan de Moezel Jammer genoeg mogen we niet zwemmen in de rivier. |
20 augustus | |
Vlakbij onze camping ligt de grote stad Nancy. We lopen op een groot plein met gouden hekken en lantaarnpalen. |
|
*Voor alle grote mensen* De geschiedenis van de stad Nancy voert terug tot in de Middeleeuwen. De stad heeft een groot aantal indrukwekkende herenhuizen. In de 18e eeuw schonk koning Stanislas aan de stad een van de mooiste pleinen van Europa. De Place Stanislas maakt deel uit van het werelderfgoed. Het grote plein is in 2005 ter gelegenheid van het 250-jarig bestaan helemaal opgeknapt en verfraaid en is helemaal voetgangersgebied. |
|
Het was weer een supervakantie. |